Home Nieuws Aanpassing pensioenleeftijd

Aanpassing pensioenleeftijd

by Jeroen Boers

Aanpassing pensioenleeftijd naar 68 jaar per 1 januari 2018: actie nodig! U heeft een pensioenregeling voor uw werknemers en u vraagt zich af of uw deze moet worden aangepast aan de nieuwe pensioenleeftijd. Hiervoor is een verkort stappenplan.

Stap 1: Moet uw pensioenregeling aangepast worden?

Inventariseer eerst of uw regeling wel moet worden aangepast. Dat is het geval als u een maximale middelloon of beschikbare premieregeling heeft. Heeft u geen maximale regeling, dan kan het toch nodig zijn om de regeling aan te passen.

Als er meerdere pensioenregelingen binnen de onderneming zijn, dan dient u deze afweging per regeling te maken.

Stap 2: Aanbod verzekeraar (laten) beoordelen

U ontvangt naar alle waarschijnlijk een voorstel van uw pensioenuitvoerder. Wij adviseren u samen te beoordelen wat de gevolgen zijn voor de premiebetalingen, eigen bijdragen en de pensioenopbouw per deelnemer. De pensioenleeftijd op leeftijd 67 jaar laten staan (en geen wijziging doorvoeren) is naar onze mening niet verstandig. Wij adviseren u de wettelijke aanpassingen te volgen, zodat achteraf geen discussies ontstaan over pensioentoezeggingen en gelijke behandeling (WGBL)

Stap 3: Informatietraject werknemers, OR en personeelsvertegenwoordiging (PVT) opzetten

Indien uw pensioenregeling aangepast dient te worden, licht dan de OR of PVT en de werknemers alvast in dat de pensioenleeftijd naar 68 jaar gaat. Dit traject staat los van het voorstel van de pensioenuitvoerder. De bewustwording en communicatie is een 1e stap om discussies en vragen voor te zijn.

Stap 4: Instemming werknemers met gewijzigde regeling verkrijgen

De individuele werknemers dienen met de aanpassing in te stemmen, ook als het opbouwpercentage per dienstjaar of beschikbare premie hetzelfde blijft. Voor deze communicatie en instemming heeft de werknemer ca. 3 tot 4 weken bedenktijd. De instemmingsbrief is een belangrijk onderdeel van de nieuwe pensioenleeftijd 68 jaar.

Stap 5: Afstemmen wijziging met pensioenuitvoerder

De pensioenuitvoerder biedt u waarschijnlijk een standaard wijzigingsvoorstel aan. Dat wil niet zeggen dat dit voor u ook het best passende voorstel is. De arbeidsvoorwaardelijke rechten en- aspecten zijn niet opgenomen in het voorstel. Het standaard aanpassingsvoorstel en afwijkingen dienen in goed overleg met de uitvoerder vastgesteld te worden.

Stap 6: Juridische aanpassingen doen en/of controleren

De juridische wijziging dienen formeel vastgelegd te worden. Dit kan met nieuwe juridische stukken en/of addenda op de oude (pensioen- en uitvoeringsovereenkomst. Wij adviseren u deze juridische stukken goed te controleren en daar waar nodig te laten corrigeren. Ook is de aansluiting met het arbeidscontract (veel ontslag per AOW-richtleeftijd) van groot belang als dit afwijkt van de pensioenleeftijd van 68 jaar.

Stap 7: Bij bestaande dispensatie bedrijfstakpensioenfonds: nieuwe toetsing

De wettelijke aanpassingen zorgen voor nieuwe toetsingen inzake actuariële gelijkwaardigheid. Het kan dus noodzakelijk zijn hernieuwde toetsingen uit te laten voeren, in overleg met het bedrijfstakpensioenfonds en uw pensioenadviseur. Voor pensioenfondsen kan dit aanleiding zijn om onverplichte vrijstellingen in te trekken.

Jeroen Boers, directeur & consultant